Financiële middelen

Waar kan ik op zoek naar extra financiering? 

Een aparte inkom in functie van het buitenschools gebruik van een turnzaal? Een nieuwbouw in overleg met de buurtverenigingen? Het kost allemaal geld. Hebt u slechts een klein budget nodig voor een aanpassing of eerder een grote som geld om verbouwplannen te realiseren? Er zijn tal van mogelijkheden.

We overlopen voor u zowel de subsidiërende instanties als de alternatieve financieringsmogelijkheden. Het loont de moeite om uw project goed te bekijken en te zien welke opties er beschikbaar zijn bij verschillende instanties. Het komt er op neer creatief om te gaan met verschillende subsidiekanalen. Of zelf f aan te kloppen bij verschillende instellingen.

U kan ook afhankelijk van de werken die u wil uitvoeren bij verschillende instellingen tegelijk een subsidie aanvragen. Dit deed Brede school Nieuwland bij het inrichten van verschillende verdiepingen met verschillende partners:

 

Brede school Nieuwland – Brussel :

  • De aanvraag tot capaciteitsuitbreiding van een basisschool in een vleugel van een leegstaande hogeschool geeft aanleiding tot de aankoop van het (bijna)volledige gebouw door de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) ondersteund met middelen uit Vlaanderen.
  • Doel is om een brede school uit te bouwen op de site binnen bestaande gebouwen. Het programma bestaat uit een basisschool, een kinderopvang, buitenschoolse opvang, een opvoedingscentrum en een muziekacademie.
  • Er worden 4 bouwheren bij elkaar gebracht die met middelen van de VGC, AGION, VIPA en de stad Brussel een ‘gezamenlijk’ project uittekenen.
  • De VGC neemt de coördinatie van het project voor haar rekening; 5 aannemers, 2 architecten zijn noodzakelijk om dit project gerealiseerd te krijgen op korte termijn.
  • De site wordt opgesplitst tussen eigenaars, huurders, erfpachtnemers en bouwheren.
  • Het gezamenlijk gebruik en de samenwerking zullen moeten groeien in de loop van de tijd.
  • Een zakelijk beheerder en klusjesman betaald door de VGC heeft als doel de afstand tussen de gebruikers te verkleinen. Een conciërge wordt in de toekomst voorzien.

Via subsidierende instanties >

1.         Via subsidiërende instanties

 

Hierbij een aantal instellingen en/of overheden waar u terecht kan voor informatie of subsidie:

  • AGION
  • Sport Vlaanderen
  • VGC
  • VIPA
  • Onroerend erfgoed
  • GO!
  • Katholiek Onderwijs Vlaanderen
  • Onderwijssecretariaat van Steden en Gemeenten
  • FOPEM
  • Gemeente
  • Provincie

 

(Afbeelding : Logo van elke instelling / organisatie)

 

3.1.1    AGION

 

AGION, het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs, zorgt voor de subsidie via gewone financiering bij de aankoop, de bouw en de verbouwing van schoolgebouwen voor het kleuter- en leerplichtonderwijs. Het basisonderwijs kan rekenen op 70% van de subsidiabele kostprijs, voor het secundair onderwijs, de CLB’ s, internaten en het volwassenenonderwijs bedragen de subsidies 60% van de subsidiabele kostprijs. Voor het niet door de subsidie gedekte deel van de kosten (30 of 40%) kan een inrichtende macht mits voldaan wordt aan de voorwaarden, een lening aangaan die door de Vlaamse overheid gewaarborgd wordt.

Om zijn opdracht te kunnen vervullen, ontvangt AGION jaarlijks machtigingen van de Vlaamse Regering.

 

Wie kan een beroep doen op de subsidiëring via AGION?

 

De onderwijsinstellingen, internaten en CLB’s die voldoen aan de geldende rationalisatie- en programmatienormen komen in aanmerking voor subsidiëring.

De aanvrager van een subsidie moet een rechtspersoon zijn en beschikken over een zakelijk recht (bijvoorbeeld eigenaar, erfpacht of recht van opstal).

AGION vervult zijn opdracht voor het gesubsidieerd vrij en officieel onderwijs.

Voor de basis- en secundaire scholen uit het Brussels hoofdstedelijk gewest werkt AGION samen met de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

 

Welke werken aan schoolgebouwen subsidieert AGION?

 

  • Nieuwbouw

Alle werken (inclusief eerste uitrusting) met de bedoeling om nieuwe gebouwen op te richten, de uitbreiding van de bestaande gebouwen of werken aan de buiteninfrastructuur, exclusief de uitbreidingswerken zoals bepaald bij “verbouwingswerken”.

  • Verbouwingswerken

Alle werken (inclusief eerste uitrusting) die uitgevoerd worden aan bestaande gebouwen of buiteninfrastructuren met inbegrip van kleine uitbreidingswerken met een maximale bruto oppervlakte van 30 m².

  • Aankoop

De verwerving van een gebouw dat in aanmerking komt voor een bestemming in het onderwijs, voor een internaat of voor een centrum voor leerlingenbegeleiding.

  • Buitenaanleg

De aanleg van een open of overdekte speelplaats, fietsenberging, parkeer- en manoeuvreerruimte, toegangspaden, omheiningen, groen en hellingen komen in aanmerking voor subsidiëring, binnen strikt bepaalde voorwaarden van AGION.

Meer weten over buitenaanleg, surf naar : http://www.agion.be/Subsidi%C3%ABring/buitenaanleg.aspx

  • Eerste uitrusting

Eerste uitrusting is uitrusting die aangebracht wordt bij nieuwbouw of verbouwingswerken, die onontbeerlijk is voor het gebruik van de infrastructuur en die onroerend is uit haar aard of door bestemming.

Meer weten over eerste uitrusting, surf naar :

http://www.agion.be/Subsidi%C3%ABring/eersteuitrusting.aspx

  • Andere

Dossiers waarvan de kostprijs minder dan 8.500 euro bedraagt (exclusief btw en algemene onkosten) komen niet in aanmerking voor subsidie. Dergelijke werken worden aanzien als onderhoudswerken en subsidieert AGION niet.

Een overzicht met subsidiabele en niet-subsidiabele bestekposten vind je op de webpagina : http://www.agion.be/Subsidi%C3%ABring/subsidiabelebestekposten.aspx

 

Wat zijn de procedures?

AGION verleent subsidies via een aantal procedures. Elke procedure bestaat uit een verschillend aantal fases die elkaar chronologisch opvolgen. Welke procedure u moet volgen en welke stukken het dossier moet bevatten, wordt bepaald door de aard en de kostprijs van de bouw- of verbouwingswerken.

Naast de reguliere subsidiëring coördineert AGION de inhaalbeweging scholenbouw via alternatieve financiering. Deze inhaaloperatie is beter bekend onder de naam DBFM. Het agentschap participeert in de DBFM-vennootschap die is opgericht om in te staan voor het ontwerp, de bouw, de financiering en het eigenaarsonderhoud van de schoolinfrastructuur. Gedurende 30 jaar stelt de vennootschap de schoolgebouwen ter beschikking aan de inrichtende machten die daarvoor in ruil een periodieke beschikbaarheidsvergoeding betalen. AGION zorgt daarbij voor de uitbetaling van een toelage op die beschikbaarheidsvergoedingen.

Er zijn ook huursubsidies mogelijk bij AGION.

Alle informatie over de basisvoorwaarden voor subsidies, de verschillende subsidiëringsprocedures, de inhaalbeweging schoolinfrastructuur, wetten en normen over scholenbouw kan u vinden op de website van AGION.

 

3.1.2    Sport Vlaanderen

 

Weet je niet zeker of jouw (school)sportinfrastructuur in aanmerking komt voor subsidiëring en aan welke voorwaarden je daarvoor moet voldoen?

Specifiek voor het openstellen van je schoolsporthal kan het interessant zijn om de website van sport Vlaanderen in de gaten te houden. Er worden door Vlaanderen regelmatig projectsubsidies uitgeschreven die de sportparticipatie of kwaliteit van sportinfrastructuren in Vlaanderen moeten vergroten.

Sommige sportieve projecten, of schoolsporthallen die opengesteld worden voor buitenschools gebruik komen voor dergelijke oproepen ook in aanmerking. Als school kan je ook voor andere zaken op ondersteuning rekenen door sport Vlaanderen.

Houdt de website in de gaten. Ook een goeie relatie met je lokale sportdienst helpt om snel op de hoogte te zijn van projectsubsidies.

www.sport.vlaanderen/scholen/ondersteuning

 

In 2016 lanceerde de minister van onderwijs en minister van sport samen een projectsubsidie specifiek gericht op het openstellen van schoolsportinfrastructuur. De bedoeling was om scholen financieel te ondersteunen bij het wegnemen van drempels om open te stellen.

Voor sommige scholen waren dit praktische drempels, vb. een extra toegang los van de rest van het schoolgebouw. Bij andere projecten was een verhoging van de kwaliteit noodzakelijk om de interesse van de gebruikers te wekken, vb. een nieuwe sportvloer, akoestische panelen of zonnewering… Deze oproep voorzag ook een tussenkomst in exploitatie, bijvoorbeeld werden in bepaalde scholen mensen aangeworven die de planningen konden doen.

Uiteindelijk werden met de eerste oproep 54 scholen geholpen, Het voorziene bedrag werd toen zelf opgetrokken. In 2017 herhaalden de ministers deze oproep en werd er maar liefst 6 miljoen euro voorzien.

Bij deze oproepen werd gevraagd aan ISB vzw om de projecten te begeleiden en geleerde lessen samen te vatten. ISB begeleide projecten bij het indienen en uitwerken van hun projecten. Op die manier werden zoveel mogelijk kwalitatieve projecten opgezet. Tijdens deze begeleiding werden heel wat interessante documenten ontwikkeld. Neem een kijkje op www.isbkennisbank.be

 

Quote :

Minister van Sport Philippe Muyters: “In onze scholen is er heel veel waardevolle sportinfrastructuur, jammer dat de clubs en de sporters daar vaak nog onvoldoende gebruik van kunnen maken. Sport en onderwijs slaan daarom nu de handen in elkaar om scholen te overtuigen hun sportinfrastructuur naschools en in het weekend open te stellen en hen te helpen dat praktisch mogelijk te maken.” (persbericht – 09.08.2016)

Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits: “Het delen van schoolinfrastructuur, en dus ook van sportaccommodatie in scholen, is een belangrijke doelstelling van het Masterplan Scholenbouw. Daarom de oproep naar scholen om projecten in te dienen om hun sportinfrastructuur meer open te stellen voor andere gebruikers. Dit kan veel mensen de kans bieden om buitende de schooluren te sporten, te bewegen en maximaal gebruik te maken van de reeds bestaande schoolsportinfrastructuur. Dit betekent een dubbele winst: én voor de scholen én voor de lokale sportclubs.” (persbericht – 09.08.2016)

 

3.1.3    VGC

De VGC is een overheid die het Nederlandstalige leven in Brussel ondersteunt en uitbouwt. Zo kan iedereen in Brussel genieten van betere scholen en opleidingen, meer cultuur en activiteiten in de vrije tijd en van een goede zorg.

De Vlaamse Gemeenschapscommissie voert een actief flankerend lokaal onderwijs- en vormingsbeleid. Flankerend, dus complementair aan dat van de Vlaamse Gemeenschap en andere overheden, maar met eigen accenten. Lokaal, dus netoverschrijdend en toegespitst op de specifieke Brusselse, meertalige en grootstedelijke context van de hoofdstad. Zo wil zij optimale kansen bieden aan ieder die zich richt tot de Nederlandstalige gemeenschap in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Daarnaast neemt de Vlaamse Gemeenschapscommissie haar verantwoordelijkheid als inrichtende macht van onderwijsinstellingen binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ten volle op zich. Zij ontwikkelt zo een voor Brussel veelal uniek onderwijsaanbod, dat aanvullend is bij het bestaande

 

De VGC investeert in schoolinfrastructuur

 

De investeringen die de VGC doet in schoolgebouwen gebeurt op drie manieren:

 

  • Er loopt een subsidiestroom vanuit de VGC via AGIOn (de dienst Infrastructuur van het Vlaamse Ministerie van Onderwijs en Vorming) of het GO! (Gemeenschapsonderwijs) naar de scholen. De VGC-investeringen in capaciteitsuitbreiding zijn hiervan een voorbeeld.
  • De VGC subsidieert de scholen (of hun inrichtende macht) rechtstreeks voor bepaalde investeringen. Dat kan gaan over het volledige bedrag dat een school nodig heeft voor een bepaald werk (bijvoorbeeld voor scholen van het GO!, Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap), tot een opleg bij de subsidie die AGIOn (de dienst infrastructuursubsidies van Vlaamse Gemeenschap) toekent aan scholen.
  • De VGC geeft aan de vzw FIX (voorheen: vzw Schoolinterventietem) de opdracht om scholen met raad en daad bij te staan. Dat gaat over kleine renovatieprojecten (een muur pleisteren, een toilet installeren, elektriciteit aanleggen), advies rond energiebesparingen en – investeringen…

Bij het toekennen van deze investeringen vraagt de VGC aan de schoolbesturen om de  onderwijsinfrastructuur zo veel mogelijk open te stellen binnen de visie op Brede School.

Voor meer info surf naar:

http://www.vgc.be/ondersteuning/subsidies/subsidies-onderwijs

http://www.onderwijsinbrussel.be/ondersteuning/meer-scholen-voor-brusselse-kinderen  http://www.onderwijsinbrussel.be/ondersteuning/renovatiewerken-uw-school-schakel-fix

 

De VGC zet in op het verhogen van het sportaanbod

 

De VGC werkt samen met veel Nederlandstalige organisaties in Brussel en tracht zodoende onder meer het sportaanbod voor kinderen, volwassenen, mensen met een handicap en 50-plussers te optimaliseren. Om dit te realiseren beschikt de VGC over één sporthal in eigen beheer te Koekelberg (terug open vanaf 2018), vier sportzaaltjes in eigen beheer in diverse gemeenschapscentra en twee sportcomplexen in gedeeld beheer met een school (in Sint-Agatha-Berchem en Schaarbeek). Ook in het beheer van deze eigen sportinfrastructuur krijgt brede openstelling een belangrijke plaats.

De VGC faciliteert bovendien de zoektocht van sportverenigingen naar onderdak bij derden. Ze begeleidt deze trajecten door mee rond de tafel plaats te nemen en voor haar gebruikers mee te onderhandelen over tarieven en afspraken totdat er samenwerkingsovereenkomsten kunnen gesloten worden met de beheerders van de sportinfrastructuur in kwestie. Bovendien kunnen de erkende sportwerkingen via huursubsidies 50% van de huurgelden recupereren.

Voor meer info surf naar: http://www.vgc.be/ondersteuning/subsidies/subsidies-sport

Vlaamse Gemeenschapscommissie

Emile Jacqmainlaan 135, 1000 Brussel

Tel: 02 563 03 00

Fax: 02 563 04 49

info@vgc.be

 

 

Zelfpluktuin met subsidie VGC in KTA Zavelenberg

 

3.1.3    VIPA

VIPA staat voor Het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden.

Het VIPA subsidieert de realisatie van duurzame, toegankelijke en betaalbare zorginfrastructuur. De subsidies dienen om nieuwe gebouwen op te richten, of om bestaande gebouwen voor lange termijn in orde te stellen op functioneel en bouwtechnisch vlak.

Het VIPA komt tussen in de bouwkost voor een vast bedrag per m2 dat overeen komt met ongeveer 60% van de geraamde bouwkost. Het gaat om de kosten voor bouwen en eerste uitrusting bij het nieuw te bouwen, uitbreiden of verbouwen van gebouwen. Afhankelijk van de aard van de werken komt het VIPA forfaitair tussen in de bouwkost, of op basis van de goedgekeurde raming (en eindafrekening).

De aankoop van een gebouw, eventueel in combinatie met verbouwingen, kan ook gesubsidieerd worden. De aankoop van grond subsidieert het VIPA niet. Het VIPA subsidieert ook uitrusting en meubilering.

De procedure voor ‘de aanvraag tot goedkeuring van het masterplan en van de subsidiebelofte’ bestaat uit volgende stappen:

  1. Voortraject
  2. Subsidieaanvraag en subsidiebelofte
  3. Start investering, subsidiebetalingen en evaluatie 2 en 3
  4. Waarborg (optioneel)

 

Meer info hierover vindt u hier.

https://www.departementwvg.be/vipa-gezinnen-met-kinderen-subsidies

Opgelet

 

3.1.4    Onroerend erfgoed

Sommige schoolgebouwen zijn beschermd onroerend erfgoed of opgenomen in de Inventaris van het Onroerend Erfgoed. Deze scholen beschikken bijvoorbeeld over kloostergebouwen of een kapel.

Voor maatregelen, werken of diensten die noodzakelijk zijn voor het behoud of de herwaardering van erfgoedkenmerken en -elementen van beschermd onroerend erfgoed, kan je een erfgoedpremie aanvragen. Bij deze premie zijn twee procedures mogelijk: een standaardprocedure of een bijzondere procedure.

Bij de erfgoedpremie is het gebruikelijke premiepercentage 40%, ongeacht de procedure die je kiest. Voor bepaalde typen van erfgoed is een verhoogd premiepercentage voorzien, bijvoorbeeld voor ZEN (Zonder Economisch Nut)-erfgoed, open erfgoed, onderwijsgebouwen en gebouwen bestemd voor een erkende eredienst.

Open erfgoed is erfgoed dat actief en op regelmatige basis opengesteld wordt met als bedoeling de erfgoedwaarde ervan in de kijker te plaatsen. Je geeft de bezoekers inzicht in de (historische) rol of betekenis van het erfgoed en richt je daarbij op alle lagen van de bevolking. Open erfgoed moet voldoen aan verschillende voorwaarden, die ook opgenomen zijn in een beheersplan. Zo moet het erfgoed bijvoorbeeld op een (inter)actieve en sprekende manier ontsloten zijn, en moet de openstelling exemplarisch zijn voor Vlaanderen. De voorwaarden zijn opgesomd in artikel 25 (Hoofdstuk 1) van het gewijzigde Onroerend erfgoedbesluit.

Weet je niet zeker of je een beheersplan nodig hebt voor de aanvraag van een erfgoedpremie? Ga eerst na wat het beschermingsstatuut van het goed in kwestie is via geo.onroerenderfgoed.be.

Om aanspraak te maken op een verhoogde erfgoedpremie van 60% of 80% moet je altijd over een goedgekeurd beheersplan voor het beschermd goed beschikken.

Zowel bij de standaardprocedure als bij de bijzondere procedure kan je een erfgoedpremie op twee manieren aanvragen:

  • op basis van een kostenraming;
  • op forfaitaire basis.

Het agentschap komt ter plaatse vaststellen of de werken uitgevoerd zijn volgens de regels van de kunst. Om het bedrag van de erfgoedpremie op forfaitaire basis te kennen, raadpleeg je de tabel met vaste bedragen.

 

3.1.5    GO!

 

Het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap is eigenaar en beheerder van een groot patrimonium aan gebouwen en domeinen om elke dag zijn onderwijsopdracht te kunnen waarmaken.  Dit beheer gaat van het dagdagelijks onderhoud en kleine renovatiewerken tot grote renovatie- en bouwprojecten, maar ook het aankopen, verkopen en verlenen van zakelijke rechten van gronden en gebouwen.

Het GO! ontvangt middelen van de Vlaamse Overheid voor het onderhoud en de vervanging van het patrimonium.  Het Bijzonder Decreet van het GO! bepaalt de bevoegdheidsverdeling over de verschillende niveaus van het GO!.  Grote infrastructuurwerken worden gerealiseerd door middel van een meerjarenplanning die goedgekeurd wordt door de Raad van het GO!.  De scholengroepen staan in voor de kleine infrastructuurwerken en eigenaarsonderhoud en zijn bevoegd voor het openstellen en verhuren van schoolinfrastructuur.

Indien u geïnteresseerd bent of vragen hebt voor samenwerking neemt u best contact op met de desbetreffende school en/of scholengroep: http://www.g-o.be/schoolzoeker/

 

3.1.6    KOV

 

KOV staat voor Katholiek Onderwijs Vlaanderen.

Schoolbesturen van het katholiek onderwijs kunnen voor advies en ondersteuning terecht bij de infrastructuurmedewerkers van de Dienst Bestuur & organisatie van Katholiek Onderwijs Vlaanderen.

De Dienst Bestuur & organisatie zorgt voor advies en ondersteuning in patrimoniumbeheer, vertegenwoordiging en belangenbehartiging van het katholiek onderwijs overal waar scholenbouw ter sprake komt en is een kennis- en opleidingscentrum in verband met scholenbouw in Vlaanderen en Brussel. Maar de dienst is toch vooral gekend van de concrete begeleiding van gesubsidieerde bouwprojecten voor de inrichtende machten van het katholiek onderwijs bij het Agentschap voor Infrastructuur in het Onderwijs (AGION).

De invulling van die dienstverlening per thema evolueert in de loop van de tijd. De Dienste Bestuur & organisatie streeft dan ook naar een voortdurende verbetering van de kwaliteit van haar dienstverlening tegen het licht van de wijzigende vragen en noden van inrichtende machten, directies, ontwerpers, …

 

Meer informatie over financiering vindt u via deze link.

 

3.1.7    OVSG

 

OVSG staat voor Onderwijssecretariaat van Steden en Gemeenten.

Omdat alle steden en gemeenten die zelf onderwijs organiseren vertegenwoordigd worden door OVSG, worden dossiers van stedelijke en gemeentelijk schoolbesturen behandeld door AGION op basis van een prioriteitenlijst die OVSG opstelt. Deze manier van werken is goedgekeurd door de raad van bestuur van OVSG.

OVSG hanteert een aantal criteria om de aanvragen voor schoolgebouwendossiers op een prioriteitenlijst te plaatsen. De datum waarop de aanvraag is ingediend is het eerste en belangrijkste criterium. Als er een onvoorziene noodsituatie is die het geven van onderwijs in het gedrang brengt, kan hierop een uitzondering gemaakt worden. Bijkomende criteria zijn de aanwezigheid van containerklassen, een sterk gestegen aantal leerlingen, het feit dat al investeringen zijn gedaan met eigen middelen en de subsidies die in het recente verleden zijn verkregen. Met de huidige toestand van de gebouwen of met een doorlichtingsrapport wordt in principe geen rekening gehouden.

Enkel het kleuter- en leerplichtonderwijs kan subsidiëring voor infrastructuurdossiers ontvangen via AGION via de prioriteitenlijst die OVSG opstelt.

Meer informatie? Zie schoolgebouwen@ovsg.be

 

3.1.8    FOPEM

 

FOPEM staat voor “Federatie van Onafhankelijke Pluralistische en Emancipatorische Methodescholen” en groepeert momenteel in Vlaanderen een aantal basisscholen die vernieuwend onderwijs aanbieden. Deze scholen behoren tot het vrij gesubsidieerd onderwijs. Het gaat om Freinet-,ervaringsgerichte en projectscholen die door groepen van ouders en/of leerkrachten zijn opgericht. Deze methodescholen nemen een eigen plaats in het onderwijslandschap omdat ze bestuurd worden door vertegenwoordigers van ouders en leerkrachten. Wat de levensbeschouwelijke vorming betreft, bieden de onafhankelijke methodescholen cultuurbeschouwing aan, niet als een afzonderlijk vak, maar geïntegreerd in de verschillende leergebieden.

Website : www.fopem.be

 

3.1.8    Gemeente

 

U kan uiteraard ook aankloppen bij uw gemeente of stad. Maak een beknopt dossier op waarin dat u het belang en de nood van gedeeld gebruik aankaart. Leg uw situatie uit en specifieer wat u verwacht van de gemeente. Dit kan een financiële subsidie zijn vanuit het domein Jeugd, Cultuur, Sport, Vrije tijd of Onderwijs. Maar u kan ook vragen naar een wederdienst in ruil voor openstelling van schoolinfrastructuur. Bijvoorbeeld de gemeente mag gebruik maken van de speelplaats voor speelpleinwerking in ruil voor het tuinonderhoud. In dit geval richt u zich best tot heel het schepencollege/gemeentebestuur, in plaats van naar één specifieke dienst.

Het Sint-Bavo college in Gent (KOV) krijg een aparte gerenoveerde ingang voor de Groenzaal, in ruil voor 7 stadsdagen. Dit zijn 7 dagen per jaar waarbij de stad de Groenzaal mag gebruiken (bijvoorbeeld voor de Gentse feesten).

De Toverberg in Gent (OVSG) deelt na de schooluren haar speelplaats met de buurt als buurtparkje in ruil voor onderhoud van hun Groene Avontuurlijke Speelplaats.

Mogelijke inhoud voor een brief aan de gemeente:

  • Beschrijving van de nood aan gedeelde infrastructuur
  • Beschrijving schoolinfrastructuur met eventueel een plannetje
  • Je vraag aan de gemeente
    • Financiële hulp: specifieer hoeveel voor wat, eventueel met offerte bij.
    • Logistieke hulp: specifieer wat aan welke frequentie (sleuteldragers, tuinonderhoud,…)
  • De Win-win voor de gemeente, wat kan jij de gemeente aanbieden.
  • Vraag naar een gesprek + contactgegevens (school + partners)

Bouwkosten kan u ook met enkele partners delen, m.a.w. het hoeft niet altijd de school te zijn die infrastructuurkost moet dragen. Bijvoorbeeld in een passiefschool in Bilzen heeft de gemeente een deel van de bouwkost betaald.

Meer info over hoe een lokaal bestuur openstelling kan ondersteunen vind je bij het puntje 1.2.2 (Hoofdstuk II).

De stad Leuven lanceerde in 2017 Groenplaats: een subsidie voor scholen om hun speelplaats om te bouwen tot een groene en uitdagende speelplek. Scholen die hun buitenruimte openstellen buiten de schooluren kunnen voor de realisatie van groene speelplaats dubbel zoveel subsidies krijgen als scholen die hun speelplaats niet openstellen.

 

3.1.9    Provincie

 

Provinciaal kan je bijvoorbeeld voor de aanleg van een Groene Avontuurlijke Speelplaats subsidie aanvragen. Zo lanceerde de Provincie Vlaams-Brabant een subsidieoproep voor natuurprojecten op school.[1] Hier vind je enkele voorbeelden[2] van Natuurprojecten op school.

We lijsten hier voor u een aantal links op per provincie:

 

[1] http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/milieu-en-natuur/natuur-en-milieueducatie/natuur-op-school/subsidie/index.jsp

[2] http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/milieu-en-natuur/natuur-en-milieueducatie/natuur-op-school/voorbeeldprojecten/index.jsp#paragraph3

Andere financieringsbronnen >

3.2       Andere financieringsbronnen

 

We sommen hier een aantal financieringsbronnen op die los staan van de klassieke subsidiërende (overheids)instanties. Deze informatie is vooral gericht naar verenigingen.

Meer info vindt u op de website van Scwitch : http://scwitch.be/.

 

3.2.1    Giften, schenkingen, legaten

Giften
  • geld geschonken door een individu (bij leven) of een organisatie
  • meestal lager bedrag en een eenmalig karakter
  • vereist geen notariële akte (geen schenkingsrechten en notariskosten)
  • soms fiscale aftrekbaarheid (Onderwijsinstellingen kunnen geen fiscale attesten uitreiken die recht geven op fiscale aftrek van giften.)

Informatie over de fiscaliteit: zie Giften en fiscaliteit.[1]

 

Schenkingen

Het betreft geven van geld door een individu bij leven, met notariële akte.

Schenkingen gebeuren vooral om fiscale redenen (schenking bij leven is fiscaal interessanter dan nalatenschap met successierechten). Schenkingsrechten hebben een vlak fiscaal tarief. Schenkingen aan culturele vzw’s of stichtingen: altijd 5,5%, ook voor onroerende goederen in Vlaanderen (en in Brussel).

Handgiften aan privérechtspersonen met onbaatzuchtig doel (vzw’s, stichtingen en ivzw’s) moeten niet gemachtigd worden, wat ook het bedrag van de schenking is.

Een handgift is een gift van hand tot hand van roerende goederen. Bankoverschrijvingen worden door de FOD Justitie beschouwd als handgiften.

Ook schenkingen tussen privérechtspersonen met onbaatzuchtig doel vallen buiten de machtigingsvereiste, wat ook het bedrag van de schenking is. Het specialiteitsbeginsel maakt wel dat het hier moet gaan om schenkingen tussen rechtspersonen met een gelijkaardig doel.

 

Schenkingen tussen vzw’s komen in de praktijk heel vaak voor:

  • bij een ontbinding/vereffening van een vzw: de overdracht van het resterende actief door een ontbonden vzw aan een andere vzw;
  • stortingen door een vzw om bijvoorbeeld de schulden van een andere (zuster)vzw te dekken.

Volgens de administratieve rechtspraak is voor schenkingen tussen gelijkaardige vzw’s geen machtiging vereist. Als de begunstigde rechtspersoon het uitdrukkelijk vraagt, kan toch een ministeriële machtiging verleend worden.

 

Onrechtstreekse schenkingen

Men kan bijvoorbeeld bij het afsluiten van een levensverzekering een derde persoon begiftigen. Dit kan een vzw zijn.

 

Legaten

Een legaat is een schenking bij overlijden van een individu (via een testament is het mogelijk om aan een persoon of een organisatie geld of andere eigendommen te schenken). Een duo-legaat is een specifieke fiscale techniek waarmee een deel van het vermogen wordt geschonken aan een goed doel, dat ‘in ruil’ de successierechten moet betalen op het andere deel van het vermogen dat wordt nagelaten aan een familielid of een andere legataris. Dit komt hieronder nog aan bod.

 

Verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid kunnen geen schenkingen of legaten in ontvangst nemen.

Nalaten aan een vereniging: in een geldig opgemaakt testament kan een organisatie als begunstigde worden aangesteld en kan een legaat worden toegewezen aan een organisatie die de nalater wenst te steunen. In het testament wordt dan aangeduid welk geldbedrag en/of welke goederen worden geschonken.

 

Successietarieven voor vzw’s, Stichtingen, ivzw’s

De successierechten bedragen 8,5% in Vlaanderen, in Brussel 12,5%, en in Wallonië 7%. Het Vlaamse tarief van 8,5% geldt o.a. voor vzw’s, ziekenfondsen en landsbonden van ziekenfondsen, beroepsverenigingen, internationale verenigingen zonder winstoogmerk (ivzw’s), privéstichtingen en stichtingen van openbaar nut.

 

Duo-legaat

Het grote voordeel van een duo-legaat is de mogelijkheid om een exact bedrag te legateren aan de erfgenamen, vrij van successierechten, waarbij de vzw of stichting het saldo krijgt en alle verschuldigde successierechten voor haar rekening neemt.

De notaris is best geplaatst om persoonlijke uitleg te geven over de werkwijze, de hoogte van de heffingen te berekenen en de diverse mogelijkheden voor te stellen. Een duo-legaat vraagt trouwens ook de opmaak van een testament.

Opgelet! Het nettosaldo voor het goede doel (vzw of stichting) moet voldoende groot zijn (om de successierechten af te dekken). Het is hoe dan ook belangrijk om een simulatie te laten maken.

 

Testament.be

  • is de groepscampagne van honderd goede doelen
  • missie van de campagne: sensibilisering, mobilisering en advisering rond legaten ten voordele van het goede doel
  • begunstigden van de campagne zijn bepaalde vzw’s en stichtingen
  • om in aanmerking te kunnen komen als begunstigde, moet de organisatie lid zijn van testament.be en een ledenbijdrage betalen

 

3.2.2    Mecenaat

 

Een organisatie kan geld krijgen van een mecenas (iemand die geld schenkt aan wetenschappers, universiteiten en/of kunstenaars om de activiteiten van de begunstigden te ondersteunen) (mecenas ≠ sponsor):

  • meestal grotere bedragen, van een welgestelde schenker
  • er worden geen eigen belangen mee gediend
  • is gelinkt aan het idee van vrijheid
  • is materiële ondersteuning, zonder dat een directe tegenprestatie vereist is van de begunstigde.

Onder mecenaat verstaat men: “de financiële of materiële steun die verleend wordt buiten een contractuele verplichting of zelfs unilateraal door een ‘donor’ of ‘mecenas’ aan een andere persoon die daar voordeel uit haalt. De mecenas verwacht geen reclame voor zichzelf, hij wenst soms zelf anoniem te blijven …“

Bedrijfsmecenaat: ondersteuning van initiatieven door bedrijven, zonder directe tegenprestatie. Ook via bedrijfsfondsen (zie privéfondsen).

 

3.2.3    Crowdfunding

 

Crowdfunding is een innovatieve vorm van financiering waarbij je, online, geld ophaalt bij een grote groep kleine financiers. Een geslaagde campagne vereist echter een goede voorbereiding. Wie is jouw ‘crowd’ en hoe bereik en overtuig je hen?  Welke vorm van ‘funding’ (donatie, reward, lening of aandelen) past best bij je concept en hoe moet je deze praktisch uitwerken?

Crowdfundingacties gebeuren vaak via een crowdfundingplatform, dat zorgt voor begeleiding qua marketing, communicatie, financiële transacties, enz., en daar meestal een percentage van de opbrengst voor vraagt.

Er zijn verschillende vormen van crowdfunding :

  • Donationcrowdfunding: men schenkt geld zonder wederdienst
  • Rewardcrowdfunding: men schenkt geld en krijgt een niet-financiële beloning zoals een ticket of een cd
  • Crowdinvesting of crowdequity: investeerder krijgt aandelen
  • Crowdlending: investeerder geeft lening (schuldfinanciering)

Extra info:

  • Een overzicht van bestaande crowdfunding-platformen vind je hier.[2]
  • Handige gids[3] over crowfunding via be
  • Reglementair kader voor crowdfunding : FAQ.[4]

3.2.4    Coöperatief ondernemen

 

Een coöperatie is een vereniging van natuurlijke en/of rechtspersonen die tot doel heeft om de gemeenschappelijke behoeften van de leden te bevredigen. Een coöperatie voert een (economische) activiteit uit, maar in tegenstelling tot een kapitaalsvennootschap wordt die niet gebruikt voor persoonlijke verrijking, wel om doelstellingen op sociaal, maatschappelijke en/of ecologisch vlak te realiseren.

Het coöperatief gedachtengoed rust op drie pijlers:

  • er is een gemeenschappelijke behoefte en de leden van de coöperatie willen samenwerken om die te bevredigen,
  • de coöperatie streeft niet naar winst,
  • het beheer van de coöperatie gebeurt democratisch.

Bron : http://cooperatiefvlaanderen.be/wat-is-een-cooperatie

Lees ook verder op : http://www.coopburo.be/

Ter info : Tot 50% subsidie voor Coopburo-advies via kmo-portefeuille.

 

3.2.5    Privéfondsen

 

Een fonds heeft meestal een specifiek doel, heeft geen rechtspersoonlijkheid en wordt beheerd door een beheerscomité.

 

De Koning Boudewijnstichting (KBS) beheert verschillende fondsen (ook bedrijfsfondsen). Onder andere de Fondsen ‘Vrienden van’…: samen met sympathisanten een organisatie duurzaam ondersteunen en via een Fonds ‘Vrienden van’ geld inzamelen. Kan ook gebruikt worden voor structurele steun of tegemoetkoming in de werkingskosten.

 

Bedrijfsfondsen

De initiatiefnemer beslist zelf welke projecten steun krijgen (fondsen vaak beheerd door de KBS). Zie bijvoorbeeld:

  • CERA projecten
  • Fonds Delhaize Group
  • Belfius Foundation
  • Triodos Fonds

 

Collectieve bedrijfsmecenaatsfondsen

Verschillende bedrijven brengen hun mecenaatsmiddelen onder in een gezamenlijk fonds of in fondsen per bedrijf.

 

Nationale Loterij

De Nationale Loterij treedt op als sponsor en subsidieverlener. Ze ondersteunt een brede waaier aan projecten. Met sponsoring van sport, cultuur, jongerenevenementen en sociale initiatieven maar ook ondersteuning van lokale, kleinschalige en sociale projecten.

 

Venture Philanthropy fonds

Deze vorm van filantropie heeft niet alleen tot doel financiële middelen naar organisaties toe te leiden maar ook externe knowhow in te brengen en netwerkvorming te bevorderen. Doel is dus ondersteunen via consultancy en financiële middelen. De steun kan tot 80.000 euro bedragen en wordt toegekend over een periode van maximum 3 jaar. Alleen dossiers die betrekking hebben op structurele verbeteringen (en dus niet op een project), komen in aanmerking.

 

3.2.6    Via de gebruikers zelf

 

Afhankelijk van de situatie kan het interessant zijn om te kijken wat de noden zijn van beide partijen, en of er een win-win situatie gecreëerd kan worden.

Indien er geen financiering beschikbaar is voor bijvoorbeeld een extra slot of bergingsruimte, kan men – in laatste instantie – hierbij de gebruiker betrekken en vragen om kosten te delen/dragen.

Sommige verenigingen beschikken over eigen lokalen, die eventueel ook opengesteld kunnen worden aan scholen.  Hier zijn ook voorbeelden van terug te vinden, bijvoorbeeld een parochiezaal of muziekacademie die gebruikt worden door scholen, tijdens de schooluren weliswaar.

In ’t kraainest in Grembergen (gemeentelijke basisschool), wordt de sporthal opengesteld. De bergingen van de zaal zijn door de gebruikers zelf vertimmert tot afsluitbare bergingen. Een leuk voorbeeld van een mooie win-win situatie.

De school moet niet betalen. De clubs hebben bergingen zoals ze die willen (naargelang de sport). Ouders en handige leden van de club kunnen een steentje bijdragen, en de betrokkenheid in de sporthal neemt toe,…

 

Enkele voorbeelden :

Een toneelgezelschap gebruikt een turnzaal in ruil voor gratis workshops en voorstellingen

Een dansgroep gebruikt een sportzaal en bekostigt in ruil een tapijt om de sportvloer te beschermen.

Een lokaal bestuur investeert in een nieuwe sportvloer en belijning in ruil voor gebruik van de sporthal na de schooluren.

 

Speelplein Kwik Kwak in Brasschaat betaalde mee voor de nieuwe speeltoestellen op de speelplaats van de lagere school van het Sint-Michiels-college, die zij tijdens de schoolvakanties gebruiken voor hun werking.

[1] http://preview.scwitch.be/opensource/giften-en-fiscaliteit/

[2] http://www.vlaio.be/artikel/crowdfunding-initiatieven

[3] http://www.politeia.be/nl-be/book/growfunding-crowdfunding-als-hefboom-voor-creativiteit/GROWFU343Z.htm

[4] C:\Users\leticia\Downloads\fsma_2012_15-1.pdf