Technisch en bouwkundige tips

 Inrichting m.b.t. het openstellen van schoolinfrastructuur

Zowel aanpassingen aan het interieur als structurele ver(nieuw)bouwingen komen aan bod in dit onderdeel. We gingen hiervoor te rade bij enkele actoren op het terrein. Dit is geen allesomvattende opsomming. We nodigen scholen, verenigingen en lokale besturen uit om hun kennis te delen en zo bij te dragen tot meer gedeeld gebruik. Stuur ons een mailtje naar info@slimgedeeld.be of gebruik de upload-knop via onze website.

 

Verschillende soorten ruimtes >

 

2.1       Verschillende soorten ruimtes

 

Er zijn een aantal gelijkaardige algemene richtlijnen/wetmatigheden die voor alle type ruimtes gelden:

  • Laat persoonlijke spullen van de school of van leerlingen opbergen.
  • Laat waardevolle of delicate toestellen opbergen. (Zoals bijvoorbeeld de afstandsbediening van een beamer)
  • Aparte gebouwdelen (of losstaande gebouwdelen met afgesloten tussendeuren) zijn makkelijker beheersbaar en lenen zich beter tot openstelling.
  • De school moet de ochtend na de openstelling zeker met de lessen kunnen beginnen. Dit betekent dat de ruimte teruggezet moet worden in standaardopstelling (zie hoger) en de gebruiker alles proper achterlaat.

 

2.1.1    Inkomhal

 

De inkomhal of ingang van een school is de ideale plek om een infobord te hangen. Hierop kan de planning geafficheerd worden van de gedeelde ruimtes, schoolvakanties en contactpersonen per organisatie. Uiteraard ook een contactpersoon voor het gebouw, die je kan bellen in geval van nood.

Ik het kader van openstelling is het wenselijk om duidelijke signalisatie te maken (zie lager) zodat de gebruikers en of de ouders van de gebruikers snel op de juiste locatie terecht komen. Indien er verschillende gelijkaardige ruimtes zijn in één gebouw is het aangewezen om deze een naam of nummer te geven, zodat de gebruiker die kan terugvinden op een signalisatieplan.

 

Speelplein Hubbe uit Zulte zorgde voor een volledig omgetoverde school. Ze doen er veel met pannenlatten en doeken waardoor de saaiere gangen ingekleed worden. Door de goede reputatie van het speelplein, komen er ook meer kinderen naar de school.

 

 

 

2.1.2    Leslokaal

 

Klaslokalen worden na de schooluren ook meer en meer gebruikt als vergaderruimte voor verenigingen, repetitieruimte voor koren, leslokalen voor tekenacademie of muziekschool, enz… We maken een onderscheid tussen verschillende onderwijsniveaus:

 

  • Een lokaal in het kleuteronderwijs: Deze lokalen zijn niet ideaal voor openstelling, ze zijn immers onderhevig aan strenge veiligheidsnormen.
  • Een lokaal in het basisonderwijs: Deze lokalen beschikken over kleiner meubilair en zijn dus enkel geschikt voor kinderen. Men kan er bijvoorbeeld naschoolse muziek- of tekenles laten doorgaan.
  • Een lokaal in het secundair onderwijs: Deze lokalen beschikken over normaal meubilair en zijn bijgevolg zowel geschikt voor kinderen als volwassenen. Dit voor activiteiten zoals bijvoorbeeld taal- en avondonderwijs. In het Leonarde Lyceum SITO 5 te Antwerpen kunnen leerlingen bijvoorbeeld na schooltijd dansen in een klaslokaal.

Let op! Je betreedt de habitat van scholieren. Een lokaal is vaak gepersonaliseerd door haar leerlingen. Als gebruiker dien je dit te respecteren, laat alles in oorspronkelijke staat en positie.

 

Stedelijke Kunstacademie Waregem

De Kunstacademie wordt ’s avonds en in het weekend gebruikt voor lessen Muziek, Woord, Dans en Beeld. Lessen ’s avonds betekent dus ook dat de lokalen overdag in principe leeg staan. Vandaar worden deze lokalen overdag ter beschikking gesteld van anderen, bv. Nederlandse lessen (Open School, CVO, enz.), de Techniekacademie of nu zelfs tijdelijk voor gebruik van de secundaire school naast de kunstacademie die met grote verbouwingswerken zit. Dit gebeurt op dagelijkse basis.

De infrastructuur van de kunstacademie wordt zo dus bijna permanent gebruikt. Het gebouw kent zo een grotere meerwaarde dan wanneer enkel de kunstacademie er gebruik van maakt. Hoewel het vooral voordelen kent (o.a. naar laagdrempeligheid van de kunstacademie) zijn er ook enkele nadelen: toezicht overdag niet voorzien door academiepersoneel (problematiek hangjongeren daardoor), inplannen onderhoudswerken verloopt moeilijker, eigen leerkrachten hebben geen onbeperkte toegang meer tot hun lokalen, enz. Samen met alle betrokken partijen wordt steeds gekeken om spanningen zoveel mogelijk te vermijden. Maar het blijft altijd zoeken naar een vorm van samenleven die voor iedereen aanvaardbaar en werkbaar is als je in verschillende onderwijsvormen zit met elk eigen wensen en noden.

Het gebouw wordt ook wekelijks gebruikt door verschillende koren en muziekgroepen als repetitieruimte. Die samenwerking ligt in het verlengde van de werking van de kunstacademie en verloopt meestal prima. Vaak zijn de leden ook (volwassen) leerlingen van de kunstacademie wat de samenwerking alleen maar makkelijker maakt.

Quote:  “Beter dan je af te schermen voor enkel je eigen aanbod kan je je als school – en zeker als kunstacademie – veel beter openstellen voor andere onderwijsverstrekkers of verenigingen. Het zorgt voor een levendigere schoolomgeving, een kleinere drempel én soms voor onverwachte spontane samenwerkingen. Een open kunstacademie is altijd een meerwaarde.”

 

 

2.1.3    Polyvalente ruimte

 

Zowel een polyvalente ruimte als een refter kunnen gebruikt worden als tentoonstellingsruimte. Om te beletten dat muren beschadigd raken, adviseert men om een ophangsysteem te bevestigen aan de muren. Dit systeem bevat een metalen profiel waaraan metalen staven ingehaakt kunnen worden. Per staaf kan je dan één of meerdere werken ophangen zonder gaten in de muur te boren.

Deze ruimtes worden vaak ook gebruik als vergaderruimte, voor een lezing, een quiz of misschien zelf een filmvoorstelling. Wat voor verenigingen altijd handig is, is om een beamer en scherm te hebben op locatie. Het is al dan niet te overwegen om samen met de gemeente dit aan te kopen en de kosten delen.

Bij gedeeld gebruik worden stoelen en tafels vaak verschoven. We raden u aan om een foto te nemen van de standaardopstelling van de ruimte en dit te afficheren in de ruimte (zie hoger rond afspraken materiaal en meubilair).

Sint Lodewijscollege – Bruggewww.sint-lodewijkscollege.be

Eén van de grootste secundaire scholen in Brugge is een open school, een trefpunt voor sport, cultuur, reflectie en wetenschap. In oktober 2009 werden nieuwe grote bouwwerken binnen het Sint-Lodewijkscollege aangevat voor een nieuwe polyvalente vleugel. Deze omvat onder andere een auditorium met 400 zitplaatsen, een bibliotheek geïntegreerd in een open leercentrum en een aantal kantoren. De werken werden afgerond in het voorjaar van 2013.

De school heeft een zeer duidelijke visie over haar maatschappelijke rol als brede school. Ze biedt naschoolse cursussen aan, heeft een uitgebreide bibliotheek.

Naar aanleiding van een Vlaamse subsidie voor sportvloeren biedt de stad een prefinanciering en een dossierbehandeling aan in ruil voor een overeenkomst van medegebruik.

De loopduur van het medegebruik en de beheerafspraken worden opgenomen in de overeenkomst. Huurprijs die de stad betaalt moet de gebruikskost, aansprakelijkheid en het toezicht financieren.

Het regelen van de verschillende medegebruikers wordt door de stad georganiseerd. Deze overeenkomst biedt beide partijen duidelijkheid en zekerheid. Dit systeem werd voor 2 scholen in de stad toegepast.

2.1.4    Refter

 

In de praktijk zien we deze mogelijkheden:

 

  • Volledige keuken en refter
  • Deels de keuken en refter De gebruiker heeft slechts toegang tot enkele kasten in de keuken, de andere kasten/apparatuur zijn op slot. Of enkel de barruimte in plaats van de hele keuken. Eventueel wordt het bargedeelte met frigo’s en servies fysiek afgesloten van het kookgedeelte.
  • Enkel de refter Door middel van een rolluik of schuifwand wordt de keuken fysiek gescheiden en afgesloten van de refter.
  • (De keuken enkel delen met gekende gebruikers.)

 

BSGO Hertog Karel afd. Putkapel – Wilsele-Putkape  De school verhuurt de refter (met keuken) aan verenigingen en particulieren. Hierbij krijgen de gebruikers eerst een rondleiding waarbij ze vragen kunnen stellen en waarbij de afspraken worden overlopen. Op dat zelfde moment wordt dan de overeenkomst meegegeven samen met de verzekeringsdocumenten, aangeboden door de overkoepelende scholengroep. Er wordt gewerkt op basis van vertrouwen. In de overeenkomst wordt opgenomen hoe de kuis moet gebeuren door de gebruiker. Het helpt om een industriële vaatwasser in huis te hebben. Verder hangt in de keuken ook op, in welke staat deze dient achtergelaten te worden. De conciërge of de directie doet de controle na gebruik. Hoewel de refter en de keuken druk gedeeld word met verenigingen en particulieren, zijn er tot op heden geen incidenten gebeurd. De refter wordt voor allerlei doeleinde gebruikt : eetfestijnen, vergadering van verenigingen, toneelrepetities, bijscholing, wijkbijeenkomsten,… De Refter en keuken worden standaard samen met het speelplein verhuurd. De lokale speelpleinwerking gebruikt o.a. 8 weken per jaar de volledige infrastructuur.

 

2.1.5    Speelplaats

 

Zaken die handig zijn bij het openstellen van een speelplaats:

 

  • Een gescheiden toegang van de hoofdingang, zodat de speelplaats ook bereikbaar blijft na de schooluren.
  • Specifiek voor openstelling van speelplaatsen naar het ruime publiek: aansluiting met de publieke ruimte om sociale controle mogelijk te maken
  • Duidelijke pictogrammen voor wat kan en niet kan. (vb. Bij Speeltuigen, beplanting,…)
  • Eventueel ook een huishoudelijk reglement en contactgegevens op een zichtbare plaats.
  • Voldoende vuilnisbakken of een plek om afval te sorteren.
  • Voldoende bergruimte (vb. Bij gebruik door jeugdbeweging)
  • No-go-zones afsluiten voor gebruikers (vb. een moestuin beheert door de school)

Basisschool De Triangel (Maasmechelen) is al heel lang en uit eigen overtuiging een brede school. De speelplaats werd opengesteld door de afsluiting dichter bij de gebouwen te zetten. Er was immers een heel grote behoefte aan speelruimte, ook na schooltijd.

Ook het vergroenen van speelplaatsen kan een aanleiding zijn om een buurtwerking of samenwerking op te zetten met verenigingen uit de buurt.

 

Pimp je Speelplaats verzamelde over de jaren heen reeds heel wat expertise :

 

(fotos Pimp je speelplaats)

 

Meer natuur en uitdaging op de speelplaats op je eigen school, hoe begin je eraan?   Pimp je Speelplaats zet je graag op weg met een uitgebreid stappenplan, praktische methodieken, tips rond veiligheid, weetjes over subsidies en ideeën over inrichting.

Hoe ziet de kwaliteitsvolle speelplaats van de toekomst er dan uit? Waar houden scholen rekening mee? Hoe komt ze tot stand en welke activiteiten zijn er mogelijk?

Een adviesgroep van experten boog zich in 2015 over dit vraagstuk en schreef ‘De Toekomstvisie van de schoolspeelplaats’. In dit document vind je een hele brede verzameling van argumenten, beheertips en goede voorbeelden uit binnen- en buitenland. Het is gebaseerd op 8 streefpunten met een focus op de inrichting en het gebruik van de speelplaats.

 

Doe inspirantie op voor een (gedeelde) groene speelplaats via Pinterest. Met een account kan je de prikborden bekijken van o.a.:

  • GRAS in Gent
  • Pimp je speelplaats
  • Groen voor kinderen
  • Milieuzorg op School: speel-en leergroen
  • EcoHuis Antwerpen : Speelnatuur op stedelijke scholen

Vanaf 2018 neemt MOS dan ook de coördinatie van het project Pimp je speelplaats over. Neem alvast een kijkje op : www.pimpjespeelplaats.be

 

BSGO Hertog Karel afd. Putkapel – Wilsele-Putkapel

De natuurlijk ingerichte ruimte staat buiten de schooluren open voor de buurt. (niet voor honden!). Vele kinderen en jongeren, senioren met kleinkinderen en gezinnen maken hiervan gebruik. Het levend erfgoedproject en de groene speelmogelijkheden oefenen een grote aantrekkingskracht uit. Een sportterrein is i.s.m. stad Leuven heringericht en opengesteld. Via een ‘Kom op voor je wijk’ -project komen er petanquebanen en picknickbanken . 286ste FOS heeft een decennialange band met de school en heeft nu ook eigen, zelfgebouwde lokalen op het schoolterrein. Ze gebruiken de buitenruimte op zaterdagnamiddag . Heel de grote vakantie is speelpleinwerking ‘Wilspele’ te gast. Andere vakanties biedt Sporty themakampen. De infrastructuur wordt zo optimaal benut. De gebruiksdruk laat soms wel zijn sporen na. De buitenruimte wordt i.s.m. de hele schoolgemeenschap steeds van meer variatie voorzien. De uitwerking en het beheer gebeurt al 15 jaar i.s.m. GoodPlanet en met steun van de stad Leuven en de provincie Vlaams brabant / MOS.

Quote : “Een school is geen eiland. Een buurtgerichte school maakt deel uit van de leefomgeving. “

Directie BSGO Hertog Karel afd. Putkapel

 

2.1.6    Sportzaal

 

Elke sport heeft zijn eigen belijning, maar voor recreatief sporten is het vaak genoeg om een vierkant of rechthoek te hebben. Het kan interessant zijn om een veld samen te stellen waar verschillende lijnen in verschillende kleuren staan. Zo kan de sporter zijn eigen veld samenstellen.

De school gebruikt haar sportzaal voornamelijk overdag, dus bij daglicht. Als een sporthal gedeeld wordt na de schooluren is het (zeker in de winter) al snel donker, voorzien dus voldoende verlichting. Zorg daarbij voor een ‘alles uit’-knop vooraan. Zo vermijd je dat er ergens in een zaaltje nog licht blijft branden.

Kleedkamers zijn voorzien van kluisjes, zodat ze door verschillende tegelijk gebruikt kunnen worden. Om ruimte besparen kunnen kluisje onder zitbanken gemonteerd worden.

Installeer een deurbel: laatkomers kunnen dan bellen om binnen te geraken als clubs graag de buitendeur sluiten. Zorg (naast een eventueel electronisch slot) toch voor een fysiek slot in de deur, techniek faalt soms.

 

Meer info en ondersteuning bij inrichten van gedeelde schoolsportinfrastructuur:

http://www.isbvzw.be/nl/686/collections/619/openstellen-schoolsportinfra.html

 

 

2.1.7    Bergruimte

 

Er is vraag naar voldoende bergruimte om ordelijk goederen te kunnen stapelen. Indien mogelijk gecompartimenteerd, en per gebruiker gemakkelijk af te sluiten.

Een school in Gent gebruikt een openbaar gebouw als infrastructuur en deelt daarbij enkele lokalen voor het personeel. Hier wordt gewerkt volgens een clean desk principe.

 

Bij de bouw van GO! basisschool de Krullevaart in Leuven werd van bij de start samengewerkt met de stad Leuven.  Een multifunctionele ruimte werd voorzien van de nodige berging e.d. om bijvoorbeeld te laten gebruiken door een toneelvereniging na de schooluren.

 

Voorbeeld uit Denemarken: In de gedeelde ruimtes worden kasten voorzien waar de verschillende gebruikers eigen bergruimte hebben die ze kunnen afsluiten, worden mobiele meubels voorzien en een goed afspraken kader naar hoe de ruimte achtergelaten dienen te worden. Ook in de Basisschool de Mozaïek in Gent, wordt flexibel meubilair ingezet om hun refter breed inzetbaar te kunnen maken voor DKO, moederpraatgroep, ateliers, etc.

2.1.8    Sanitaire voorzieningen

 

Sanitaire ruimtes worden doorgaans vaker vuil achtergelaten door de gebruiker. Men adviseert om dit tegen te gaan door kuisgerief ter beschikking te stellen van de gebruiker. Stel niet meer sanitair open dan nodig is.

Het Kompas – Sint-Gillis-Waas – Opvang, onderwijs, cultuur en sport op één site “De ontwerper heeft slimme keuzes gemaakt om de verschillende functies in elkaar te doen overlopen en toch te kunnen afscheiden. Zo zit het sanitaire blok tussen de sporthal en de school. De kinderen kunnen de toiletten gemakkelijk bereiken. En als er nood is aan meer sanitair, bv. voor een sporttornooi, wordt de wand tussen de beide sanitaire delen geopend en hebben we een grote toiletruimte…”

AGION heeft, in samenspraak met de Commissie van Deskundigen een reeks aanbevelingen opgemaakt voor het sanitair in onderwijsinstellingen.

 

URL : https://www.agion.be/sanitaire-voorzieningen

Infrastructuur Kinderopvang >

2.2       Infrastructuur kinderopvang

In scholen wordt vaak kinderopvang georganiseerd. Afhankelijk van wie deze kinderopvang organiseert, gelden er andere regels. Er zijn twee types:

1. Met erkenning of attest van toezicht, deze moeten voldoen aan het Kwaliteitsbesluit Buitenschoolse Opvang.
2. Gemelde opvang: alle opvang georganiseerd door andere personen/organisaties/instanties dan de school. Dit kan dus gaan over een zelfstandige kinderopvang, een gemeentelijke of georganiseerd vanuit het OCMW of een vzw. Deze opvang moet niet voldoen aan het Kwaliteitsbesluit Buitenschoolse Opvang en vallen onder het beleidsdomein ‘welzijn’.

Als de school zelf een voor- of naschoolse opvang organiseert in een school, dan valt deze onder het beleidsdomein ‘Onderwijs’

Een opvang met erkenning of attest van toezicht kan tijdens de vakanties ook bijkomende infrastructuur in gebruik nemen (cf. Vakantieopvang in Kwaliteitsbesluit Buitenschoolse opvang)

Uit artikel 5 van het Kwaliteitsbesluit Buitenschoolse Opvang is cruciaal: “In elke binnenspeelruimte die de kinderen in de opvanglocatie gebruiken, vinden er tijdens de openingsuren geen activiteiten plaats die niet gerelateerd zijn aan buitenschoolse opvang van kinderen.”

Voor het VVSG-Steunpunt Kinderopvang is nettovloeroppervlakte niet het enige criterium. “Wij gaan en staan voor kwaliteitsvolle kinderopvang met voldoende speelkansen en speelimpulsen. Daarvoor werkten wij een traject “Open Speel Aanbod” uit i.s.m. de Vlaamse Dienst Speelpleinwerk.” Bij Politeia verscheen hierover een cahier: http://www.politeia.be/nl-be/book/speelkansen-in-de-kinderopvang-cahier-reeks-kinderopvang/13007.htm

Bij multifunctioneel gebruik adviseert VVSG-Steunpunt Kinderopvang toch om een minimum aan eigen, niet-gedeelde ruimte te behouden. VVSG-Steunpunt Kinderopvang omschrijft dit als het ‘basis-BKO’. VVSG-Steunpunt Kinderopvang is ervan overtuigd dat je niet alles kan delen of na gebruik kan opbergen in kasten.
VVSG-Steunpunt Kinderopvang voorstander gedeeld ruimtegebruik
“Vanuit het VVSG-Steunpunt Kinderopvang zijn wij absoluut voorstander van het brede school concept en gedeeld ruimtegebruik. Dit past ook binnen de toekomstvisie en conceptnota buitenschoolse opvang van Vlaams minister Jo Vandeurzen.

Hierbij maken wij graag twee kanttekeningen:
Elke partner moet een eigen stek behouden die volledig autonoom kan uitgebaat worden en die voor een beperkt aantal klanten, leden, gebruikers een efficiënte en kwaliteitsvolle werking garandeert.
De voorgestelde gedeelde ruimtes moeten ook effectief gedeeld worden waarbij geen van de partners een monopolie heeft op de inrichting en uitbating van deze ruimtes.”

Meer info en advies m.b.t. kinderopvang:

Infrastructuur heeft een belangrijke impact op de werking van kinderopvang. Met je gebouw en inrichting kan je een kindvriendelijke, veilige en gezonde plek creëren waar kinderen en begeleiders zich goed voelen. Bij VIPA kan je terecht voor info en advies over de infrastructuur van de kinderopvanglocaties.

Bron : https://www.departementwvg.be/vipa-gezinnen-met-kinderen-infrastructuur-kinderopvang

Gratis plan-advies bij verbouwing van infrastructuur voor kinderopvang bij het VIPA.

Op slimgedeeld.be/bijlagen vind je ook nog een checklist van VIPA:
‘Afvinklijst basisvereisten locatie schoolgaande kinderen groepsopvang

Voor specifieke vragen kan u ook terecht bij de dienst VVSG Steunpunt Kinderopvang.

[1] https://www.departementwvg.be/vipa-gezinnen-met-kinderen-infrastructuur-kinderopvang

[2] http://www4wvg.vlaanderen.be/wvg/vipa/kinderdagopvang/infrastructuur/Paginas/Planadvies.aspx

Good practice : Minderbroederssite – stad Genk

  • Het stadsbestuur werd in 2012 eigenaar van het klooster van de Minderbroeders (en omliggende gronden) in Hoevenzavel. De bedoeling is om dit klooster een socioculturele bestemming te geven met huisvesting en een samenwerking van diverse verenigingen te faciliteren.
  • De stad Genk neemt de sturende rol op zich.
  • De stad Genk maakt een masterplan en ontwikkelingsplan op, dit wordt later vertaald in een RUP.
  • De stad zal ook initiatief nemen om de woongebouwen te ontwikkelen.
  • De herbestemming van het klooster wordt gecombineerd met de bouw van een nieuw kinderdagverblijf, de aanleg van een gemeenschappelijk park, de herstructurering van een bestaande school en residentieel vastgoed.
  • De samenhang van het geheel wordt onderzocht via een masterplan.
  • Vanuit de stad wordt het initiatief genomen om verschillende lokale verenigingen te groeperen binnen het bestaande kloostergebouw.
  • In de verkoopsvoorwaarden van het klooster werd gesteld dat de socio-culturele bestemming 18 jaar moest behouden blijven.
  • Binnen het omliggende park worden nieuwe woonvolumes voorzien. De woonvolumes zijn van groot belang voor de goede werking van de site. Momenteel mist het gebied sociale controle.
  • Op termijn zal getracht worden het samengebruik/ multifunctioneel gebruik van de sporthal te vergroten: gedurende de dag als turnzaal voor de school, tijdens de avond en weekend voor lokale sportverenigingen.

 

Multifunctioneel meubilair >

2.3       Multifunctioneel meubilair

 

Ook de keuze en ontwerp van bepaalde meubels kunnen het delen van schoolinfrastructuur faciliteren. Helaas zijn er geen standaard oplossingen voor elk type gedeeld gebruik. Ook multifunctioneel meubilair is maatwerk.

We formuleren hierbij enkele vragen die je op weg kunnen helpen om tot enkele ontwerpcriteria te komen.

 

  • Wie moet het meubelstuk gebruiken ? (kinderen / volwassenen)
  • Waarvoor zou het moeten dienen ? (als berging / werktafel / zitmeubel /…)
  • En waar zou dit gebruikt worden ? (buiten / binnen / in een keuken…)
  • Moet het meubel mobiel zijn? Hoe ver/vaak moet het verplaatst worden?

Voor de uitvoering kan je nog kiezen of je het uitbesteed of het zelf maakt (eventueel in samenwerking met de gebruikers).

 

We halen hier ook even enkele verenigingen aan die met deze thematiek of een via een gerelateerde insteek betrokken zijn.

ABC Huis vzw

(foto ABC)

 

De manier waarop een ruimte is ingericht heeft niet enkel invloed op hoe je je voelt, ook op hoe je leert. ABC wil de ontwikkeling van kinderen mee ondersteunen vanuit een specifieke architecturale context met een sterke interne logica, een ruimte die hen op een directe en open manier stimuleert en sensibiliseert. Getuige daarvan zijn de mobiele ABC-studio’s en natuurlijk de inrichting van het ABC-huis waarin ze dit zo ideaal mogelijk proberen te organiseren.

 

ABC wil haar expertise op dat vlak graag delen. De voorbije jaren kwamen er heel wat vragen van organisaties die met kinderen/jongeren werken en op zoek zijn naar een kwaliteitsvolle, stimulerende omgeving: kinderdagverblijven, scholen, bibliotheken, musea, academies… Zo heeft ABC in het recente verleden meedere klassen van de basischool De Kriek/Schaarbeek, St.Lukas basisschool/Brussel, van scholen in Merksem en Herent ingericht … Ze waren tevens partner voor de herinrichting van diverse bibliotheken (Brasschaat) en van meerdere kindercrèches/IBO’s (o.m. Retie, Herenthout, Wechelderzanden …)

 

ABC onderzoekt samen met de partner de noden en mogelijkheden van de infrastructuur, en ontwerpt specifiek meubilair, aangevuld met boeken en spelmaterialen. Bedoeling is om een creatieve leeromgeving op maat te realiseren. Dit ontwerp-proces gebeurt in verschillende fases en in nauwe samenspraak met de betrokken partner.

 

ART BASICS for CHILDREN vzw

 

Speelkansen in de Kinderopvang

(foto speelkansen)

 

In het Cahier ‘Speelkansen in de Kinderopvang’ vind je een aantal tips voor de inrichting van ruimte voor kinderopvang:

 

“Selecteer met het team een aantal speelplekken waar je de speelhoek kan inrichten.

Zoek vooral naar zones die je nu nog weinig benut. Hou daarbij rekening met:

 

  • Looplijnen: Looplijnen zijn routes waar kinderen veel lopen, bv. de weg

naar het toilet, naar buiten, naar andere speelhoeken. Deze tekenen zich

af door de plaats van je meubilair en de infrastructuur zelf. Let bij de

inrichting van een hoek of zone op de looplijnen. Schuif je hoek beter een

meter op en voorkom zo dat passerende kinderen het spel regelmatig

onderbreken.

 

  • Spreiding: Sommige hoeken zorgen voor veel speelkansen als ze bij

elkaar in de buurt liggen, bv. de verkleedhoek naast de poppenhoek zorgt

ervoor dat kinderen zich verkleden en in de poppenhoek mama en papa

gaan spelen. Het kan echter zinvol zijn om andere hoeken meer te verspreiden

over de ruimte, zodat het rustige en aangename speelplekken

worden.

 

  • Afbakeningen: Probeer afbakeningen die reeds aanwezig zijn in de

opvang zoveel mogelijk te benutten.

 

  • De sfeer: Een rustige hoek plaats je beter in een kleinere, aparte ruimte in

plaats van in dezelfde ruimte als een hoek waar kinderen actiever spelen.

 

  • Tijdelijk of permanent: Kan de hoek blijven staan of is hij tijdelijk? Of is

er nood aan een mobiele hoek?”

 

Extra inspiratie vind je op het Pinterest prikbord van SteunpuntKOV

 

Een voorbeeld van multifunctioneel meubilair :

Hop Up

 

(Foto hop up)

 

Speelkansen creëren in ruimtes die gedeeld gebruikt worden? Met Hop Up kan het. In een mum van tijd. Door slechts één enkele begeleider!

 

Hop Up is een mobiel speelconcept. Het bestaat uit trapeziumvormige speelelementen die een lege ruimte omtoveren in uitdagende speelzones en rustige plekjes voor kinderen. De speelelementen kunnen op zeer uiteenlopende manieren opgesteld worden: van onderzoekstafels tot nestjes, van een bewegingsparcours over ruige kampen tot een poppenkast. Alles is mogelijk. De speelelementen schrijven het spel van kinderen niet voor. Zij gebruiken hun eigen fantasie en vindingrijkheid om invulling te geven. Hop Up stimuleert het zelfontdekkend spelen en leren van kinderen. De verschillende speelmodules zijn licht in gebruik. Ook jonge kinderen kunnen ze gemakkelijk zelf hanteren. Hop Up opstellen en opruimen is letterlijk kinderspel.

 

Hop Up is veelzijdig in te zetten op school: tijdens opvang- en vrij spelmomenten, in de lessen lichamelijke opvoeding of muzische vorming, in het kader van STEM, … .

 

Een volledige Hop Up-set bestaat uit tien modulaire speelelementen en bijhorende speelmaterialen; alles stapel- en opbergbaar in een kar zodat het geheel eenvoudigweg op te bergen en te verplaatsen is.

 

Hop Up is ontsproten uit het labo van KIKO. Als ondersteuner, inspirator en innovator van de buitenschoolse kinderopvang heeft KIKO jarenlange expertise in het creëren van speelkansen voor kinderen. Samen met verschillende actoren uit het brede veld van onderwijs, opvang en vrije tijd van kinderen werd nagedacht over de ideale invulling van Hop Up. Hop Up kwam tot stand in samenwerking met Eva Hermans (masterproef productontwikkeling U.A.) en met steun van de Provincie Antwerpen. KIKO is onderdeel van Blenders vzw.

 

Meer informatie:

Eva Maréchal

0486 23 57 59

info@hopup.be

www.hopup.be
https://www.facebook.com/hopup.be/

 

 

Campus De Beren – Antwerpen

Bouwprogramma De nieuwe school houdt rekening met een stijging in leerlingenaantal. In de nieuwe basisschool is er plaats voor zes kleuterklassen en 10 lagere schoolklassen. In de nieuwe campus vind je op één locatie basisschool De Beren, de kinderopvang Neuze Neuze, een academie, Kind & Gezin en buurt- en sportverenigingen. Het ontwerp gaat uit van een vrijstaand compact volume omgeven van buitenruimtes voor het kinderdagverblijf, de kleuters en de lagere schoolkinderen. Over twee verdiepingen zijn de verschillende functies verdeeld en met elkaar verweven door middel van vele zichtverbindingen. Dit ontwerp zorgt ervoor dat peuters makkelijk de overgang maken van de kinderopvang naar de kleuterschool, en kleuters van de kleuterschool naar de lagere school. In het hart van het gebouw komen twee sportzalen die vanuit verschillende hoeken inzicht bieden. Lokalen worden omgevormd tot werkruimtes en gesprekslokalen. Basisschool De Beren is een passiefschool (los van het pilootproject Passiefscholen). Een passiefschool is een zeer energiezuinige school waar het energieverlies zo klein mogelijk wordt gehouden. Basisschool De Beren is een brede school. Dit betekent dat bepaalde ruimten breed inzetbaar zijn en gebruikt kunnen worden door bijvoorbeeld Kind & Gezin, voor vergaderingen, sportactiviteiten,… Door de school open te stellen voor buurtbewoners en het verenigingsleven, wordt de school het sociale hart van de buurt.

 

Circulatie & signalisatie >

2.4       Circulatie & signalisatie

 

Een eenvoudig circulatieplan kan gastgebruikers helpen om snel hun weg te vinden door het gebouw (en dus ook te voorkomen dat gastgebruikers zich op niet toegelaten zones begeven). Dit staat los van de pictogrammen en het evacuatieplan gevraagd door de brandweer. Bij een optimale circulatie en signalisatie voor het delen van schoolinfrastructuur komt het er op neer van duidelijkheid te scheppen en de schriftelijke afspraken ruimtelijk te vertalen.

Onder gepaste signalisatie verstaan we:

  • Plattegrond van het gebouw met aanduiding van gedeelde ruimtes:
    • Gangen (te onderhouden door school/vereniging)
    • Sanitair
    • Lokalen en polyvalente ruimtes krijgen een naam of nummer zodat je je makkelijk kan oriënteren.
    • Speelplaats of buitensportterrein (al dan niet met concrete afbakening)
    • Sporthal
    • Bergruimte
  • Signalisatie: Bordjes die de richting aanduiden van gedeelde ruimtes, of die aangeven om welke ruimte het gaat. Soms gaan lokalen niet op slot. Om te voorkomen dat onbevoegden deze lokale betreden heeft een vereniging die tijdens de schoolvakantie gebruik maakte van de infrastructuur van campusschool Wingerd in een gang de deuren met lint afgebakend. Zodat speelpleinkinderen visueel een onderscheid kunnen maken tussen toegelaten ruimte en niet-toegelaten ruimte.
  • Circulatie aangeduid op de plattegrond, geeft aan langs waar verenigingen de school kunnen betreden tijdens of na de schooluren.

Dit is vooral nuttig bij schoolgebouwen die moeilijker te ‘lezen’ zijn door een buitenstaander. Denk aan bijvoorbeeld de campusschool.